Selecteer het papierformaat dat u wilt gebruiken voor het doel-PDF-document.

Selecteer de papierrichting die u wilt gebruiken voor het doel-PDF-document.

Voer de margewaarde in millimeter in als boven-, linker-, onder- en rechtermarge.

Selecteer de modus om te bepalen hoe u afbeeldingen op de PDF-pagina wilt schalen.

• Geen: behoud de oorspronkelijke grootte van de afbeelding. Als afbeeldingen geen resolutiebeschrijving hebben, wordt de standaardwaarde (bijv. 72DPI) gebruikt.
• Aanpassen aan afdrukbaar gebied: verklein of vergroot elke afbeelding tot het papierformaat behalve de marges en behoud dezelfde beeldverhouding in breedte en hoogte.
• Uitrekken naar afdrukbaar gebied: rek de afbeelding uit om de hele pagina vol te maken, behalve de marges.
• Automatisch aanpassen op afbeeldingsgrootte: schaal de afbeelding naar een redelijk formaat

Selecteer de positioneringsmodus om te bepalen hoe afbeeldingen in PDF-pagina's worden plaatst.

Selecteer de beeldkwaliteit wanneer u deze insluit in een PDF-bestand. Hoe hoger de waarde, hoe beter de ingesloten beeldkwaliteit is.

Hiermee past u de afdrukstand aan die overeenkomt met de geselecteerde papiergrootte en -afdrukstand.